BECKETT
Zuidpool
Theater Zuidpool speelt vier korte stukken van Samuel Beckett over sterven, geboorte, eenzaamheid, stilte, angst, schuld en verlies. Vier korte variaties op de dood.
Stille sidders (Stirrings still)
Niet ik (Not I)
Die keer (That time)
Wiegelied (Rockaby)
Deze vier teksten, die bij ons minder bekend en zelden of nooit gespeeld, zijn oorspronkelijk geschreven om op afzonderlijke avonden te worden opgevoerd.
Jorgen Cassier, Sofie Decleir en Koen van Kaam nodigen muzikant Sjoerd Bruil uit om een nieuwe compositie te maken. Bruil kent u van Zuidpools Macbeth, van zijn eigen band Black Cassette, als lid van Dez Mona en van samenwerkingen met Mauro Pawlowski (Gruppo di Pawlowski, Night Rocker II en Hitsville Drunks), Tim Vanhamel (Broken Glass Heroes) en Pascal Deweze (Sukilove).
“Zuidpool zet na Faust en Réunion zijn derde seizoensproductie neer. Beckett: een moedige keuze, maar geen vrolijke noot om te kraken. … De vier stukken werden niet geconcipieerd om na elkaar opgevoerd te worden, maar vormen toch een hecht geheel. … Deze productie gedijt enkel met een geconcentreerd en luisterbereid publiek. Het muzikale intermezzo van Sjoerd Bruil en de pauze na twee monologen zijn een goed idee. De beklemming na dit avondje somberen neem je mee naar huis.” ***1/2
(DE MORGEN, Jan De Smet)
“En dan zien we deze Beckett van Theater Zuidpool en beseffen we dat Becketts teksten nog even avant-garde zijn als dertig jaar geleden, aanwijzingen incluis. Tijdloos, ware het niet dat net de tijd cruciaal is in zijn werk. … In een zwart decor worden details uitgelicht. Sofie Decleir en Jorgen Cassier fungeren in de vier monologen bijna als fysieke objecten: het hoofd op de armen rustend aan tafel, de uitgelichte mond ontdaan van gezicht, het schommelende lichaam met schommelende woorden in de schommelstoel. Stilstaan is bij Beckett ook bewegen, want onze gedachten staan nooit stil. ... een emotionele ervaring ... Binnen die strakke enscenering ligt de volle focus op de tekst. … Binnen die De zintuigen worden langzaam uitgeschakeld tot je nog ‘slechts’ de woorden en hun nuances proeft. het beeld als een zwevende epifanie erboven. … voor wie taal smaken mag, is dit een zalfje voor de mond.” ***
(DE STANDAARD, Liv Layeyne)
“Theater Zuidpool heeft ons in de voorbije jaren verrast met eigenzinnige producties, zoals Lucifer van Vondel of een muziektheaterversie van Macbeth. Hun nieuwste productie is al even verrassend. ... Een heel bijzondere toneelavond. ... In de afwisseling man/vrouw excelleren Jorgen Cassier en Sofie Decleir. Elk woord en elke intonatie is van het grootste belang, want op elk moment kan je een verkeerde stap zetten. Maar beide vertolkers, alleen met hun stem, zijn perfect. De voorstelling stelt ook hoge eisen aan het publiek, maar het siert deze acteurs dat ze geen enkele toegeving doen. Hier geen franje, geen uitvlucht. Ze hebben zich volledig aan het universum van de schrijver overgeleverd.” ***
(COBRA.BE, Johan Thielemans)
“Wauw!”
(KLARA, Bart Stouten)
“Wat een onwaarschijnlijk genoegen dat een theatergezelschap nog eens Samuel Beckett opvoert en dat het niet Wachten op Godot is. Zuidpool is voor zijn compilatievoorstelling BECKETT voorbij de cliché's gaan zoeken.”
(STAALKAART, Geert Sels)
“De Beckett-evocatie van Theater Zuidpool is meer dan een uitnodiging tot nadenken over de absurde situatie die men leven noemt. Het is een prestatie die aansluit bij vorige producties zoals onder meer Lucifer (2010) en Faust ofte Krakeling beneden de Louteringsberg (2012), en meteen aantoont waarin een klein theater groot kan zijn. ... Voor een acteur betekent Stille sidders een unieke kans om de kunst van het verschijnen zodanig te beheersen dat je lichaam er nog even is tot het helemaal verdampt in woorden en geest wordt. Het is die beheersing, dat niet meer spelen, dat afstandelijke acteren, er niet en toch zijn en enkel woord zijn, dat Jorgen Cassier zeer sterk uitstraalt. Ook in zijn tweede opdracht, Die keer (That time, 1976), is hij, in de zeer precieze belichting louter vorm en stem. ...
Van eenzelfde indringende visie en kwaliteit is ook de vertolking van Sofie Decleir, die afwisselend met Cassier optreedt en te zien is in Niet Ik (Not I; Pas moi) en Wiegelied (Rockaby; Berceuse).”
(THEATERMAGGEZIEN.BE, Roger Arteel)
“Je hebt medelijden met een egel buiten in de kou en stopt hem in een oude schoendoos met wat wormen. (…) En terwijl je ligt te woelen in je warme bed wachtend op de slaap gloei je nog zachtjes bij de gedachte wat een geluk die egel heeft gehad om zo je pad te kruisen. (…) De volgende ochtend was niet alleen de gloed gedoofd maar er was een hevig gevoel van onbehagen voor in de plaats gekomen. Een vermoeden dat alles misschien niet was zoals het hoorde. (…) Dagen zo niet weken gingen voorbij voor je het op kon brengen om terug te gaan naar de schoendoos. Je bent nooit vergeten wat je toen vond. Je ligt op je rug in het donker en je bent nooit vergeten wat je toen vond. De brij. De stank.”
(SAMUEL BECKETT, GEZELSCHAP.
Vertaling Karina van Santen en Martine Vosmaer, De Bezige Bij)